Ook in Nederland werd deze dreiging gevoeld en men besloot de oude IJssellinie weer leven in te blazen. Met achtergebleven oorlogsmateriaal van de geallieerden werden langs de IJssel opnieuw mitrailleurposten geplaatst. Niet meer mobiele Sherman tanks werden van motoren en rupsbanden ontdaan en de tanks werden met beton omgoten in de grond geplaatst, ingebetonneerd. De bij de Alexander Ver Huellbrug ingebetonneerde tank werd in 1956 geplaatst.
Met de komst van deze vispassage is het laatste obstakel weggenomen waarmee vissen ongehinderd in het hele stroomgebied van de Oude IJssel tot in Duitsland kunnen zwemmen.
De naam Rivierweg dankt deze doorgaande weg aan de IJssel, die tussen Westervoort en Giesbeek parallel aan de weg loopt. Voor de ontwikkeling van Giesbeek is de aanleg ervan cruciaal gebleken. Tot die tijd was Giesbeek alleen via de dijk bereikbaar.
Hier zicht op Doesburg.
De Oude IJssel ontspringt in de Kreis Borken. De bron ligt op een hoogte van 55,5 meter. De rivier heeft een lengte van ca. 81,7 kilometer. De rivier voert tegenwoordig vooral regenwater uit het stroomgebied in Duitsland en de Achterhoek af. Langs de Oude IJssel is de Nederlandse ijzerindustrie ontstaan. Het in de grond aanwezige oer was een belangrijke grondstof voor deze industrie. Bekend hiervan zijn de DRU (pannen) en de Vulcanus, een ijzergieterij.